Samenvatting
Een 67-jarige vrouw werd naar het Centrum voor Bijzondere Tandheelkunde verwezen door haar huisarts. Zij had vier jaar eerder een nieuwe volledige gebitsprothese gekregen, maar had deze nooit kunnen dragen. Het probleem is dat zij braakneigingen krijgt zodra ze de prothese indoet. Ook slikken gaat dan moeilijk en er is het gevoel van een ‘volle mond’. Tijdens het eerste consult op het Centrum is het voor haar onmogelijk de prothese langer dan een paar seconden in de mond te hebben. Zonder tanden voelt mevrouw zich sociaal geïsoleerd en ongelukkig. Eten zonder prothese is natuurlijk ook een probleem. Mevrouw maakt een zeer verzorgde indruk. Begrijpelijkerwijs wil zij graag een kunstgebit dat zij wel kan inhouden en gebruiken. Maar ze heeft er geen vertrouwen in dat dit goed kan komen bij de tandarts die haar prothese heeft gemaakt.