Samenvatting
Vier jaar geleden stuurde een tandarts, na eerder telefonisch overleg, haar 21-jarige assistente in. Ze was bekend met een amelogenesis imperfecta van het hypomineralisatietype. Bij doorbraak hadden de elementen nog een normale vorm met een opaak aspect. Het slecht gemineraliseerde glazuur brokkelde door de belasting af en voortschrijdende abrasie resulteerde uiteindelijk in blootliggend dentine. De patiënt klaagde over gevoelige gebitselementen en had moeite met afbijten en kauwen. Sedert een jaar bestonden er craniomandibulaire disfunctieklachten. Verder was ze erg ongelukkig met haar uiterlijk en had ze de gewoonte zich uit schaamte terug te trekken.